Buitenland

Duitse politici hielden probleem met Noord-Afrikaanse criminelen onder de pet

17-01-2016 12:33

Bestuurders van de Duitse deelstaat Nordrhein-Westfalen (steden: Keulen, Düsseldorf, Dortmund) weten al sinds 2014 dat bendes Noord-Afrikaanse criminelen in diverse asielzoekerscentra leven en van daar uit hun criminele praktijken runnen. Maar omdat de bestuurders bang waren dat het draagvlak voor vluchtelingenopvang onder de lokale bevolking zou afnemen, werd besloten deze feiten bewust in de doofpot te stoppen. Dit blijk uit interne notulen van een bijeenkomst van top-deelstaatpolitici die in het bezit zijn van Die Welt.

De deelstaatminister van Binnenlandse ZakenRalf Jäger (SPD), zijn staatssecretaris Bernhard Nebe en politici van CDU, FDP en De Groenen bespraken in oktober 2014 met elkaar de problemen die Noord-Afrikaanse bendes met zich meebrengen.

In de notulen staat onder meer het volgende:

Zaken als ‘excessieve alcoholconsumptie, het aanvallen en aanranden van burgers, winkeldiefstal en zakkenrollen’ worden tijdens deze ontmoeting genoemd als veel voorkomende problemen.

De deelstaat-staatssecretaris van Binnenlandse Zaken bevestigt dat hij reeds heeft getelefoneerd met ondere andere burgemeester van plaatsen waar de misdaden werden gepleegd en dat deze zaken ook op schrift zijn bevestigd.

CDU-politicus Werner Lohn bevestigt dat het ‘niet om minderjarige Noord-Afrikaanse zakkenrollers gaat’ maar om ‘serieuze criminelen’.

Vervolgens komen ze bestuurders overeen dat door dergelijke voorvallen te vermelden de ‘angst voor vluchtelingen’ alleen maar wordt vergroot en dat ‘de perceptie van vluchtelingen door het volk hierdoor kan kantelen’. Oftewel, dat het draagvlak voor vluchtelingen afneemt.

Ook wordt ervoor gewaarschuwd dat ‘partijen stemming kunnen maken met deze voorvallen’ en dat een ‘stigma’ dreigt bij openbaring van dergelijke voorvallen.

Tot slot wordt letterlijk het volgende gezegd: “We moeten blij zijn met de huidige ‘verstandige’ berichtgeving in de media over de aantallen vluchtelingen.”