Weten & Tech

Ostia (3): Aan deze kassa geen negers

17-07-2012 09:16

Plots roept de mevrouw (jaar of vijftig, kort geblondeerd, grote pukkel) achter de kassa onverbiddelijk dat de kassa gesloten is. De meneer die als laatste aan wilde sluiten kijkt een beetje verbouwereerd en vraagt of hij het goed begrepen heeft. Ik zeg hem dat ik het ook niet helemaal weet. Het enige wat we hoorden was een luid ‘chiuso’, verder keurde de dame niemand een blik waardig, en zeker hem niet. De meneer, wiens uiterlijk wijst op wortels bezuiden de Sahara, drentelt nog wat, en druipt dan maar af. Niet veel later blijkt de kassa overigens gewoon weer open. Nog twee klanten sluiten aan achter mij, tot de volgende persoon met zwarte huid zich meldt. ‘Chiuso!’. Vierentwintigkaraats racisme, gewoon, bij de kassa in de supermarkt, op een doordeweekse maandagmorgen. In 2012.

Er lijkt iets veranderd in Rome, de afgelopen jaren. Niet dat Romeinen ooit erkende multicultiknuffelaars waren – toen ik eens vanuit Rome naar Turkije vertrok, werd ik gewaarschuwd goed op mijn spullen te passen, want je weet het hè, met die Turken, die heetten vroeger niet voor niets Ottomanen (Otto mani betekent ‘acht handen’), en eigenlijk wordt alles dat van buiten komt met wantrouwen bekeken tot het scusa (sorry) van scusi (excuseert u mij) kan onderscheiden – maar het is nu wel heel erg. Het minachtende wantrouwen van de kaartjesverkoper op het station werd pas gebroken toen ik in Italiaanse volzinnen naar een maandabonnement vroeg. Voor die tijd werd ik behandeld als één van de vele illegale vreemdelingen die hij dagelijks meende te zien.

Migranten
Eerlijk gezegd kan ik het ergens wel plaatsen, dat wantrouwen. De opkomst van het low-cost vliegen en de bijbehorende boom in de toeristenindustrie hebben Rome deels geen windeieren gelegd, maar hebben ook een sterk aanzuigende werking gehad op migranten. Migranten komen uit alle windstreken: Pakistanen verkopen bloemen en paraplus, Senegalezen tasjes, Chinezen houden de keukens draaiende, zigeuners bedelen. Het is een ordelijke taakverdeling die al jaren bestaat, maar die wel enorm is geïntensiveerd – en ik zou niet zomaar durven beweren dat al die lui een legale verblijfstatus hebben, eigenlijk. En er zijn ook nieuwe groepen: Russen, Roemenen, en Arabieren. In mijn herinnering was Rome toen ik er woonde, in 2005, Italiaanser, al was het ook toen al aan het veranderen. Ik herinner mij vorstelijke kegels van dronken Russen in de bus om half acht ‘s ochtends.

Om je een beeld te geven van wat Romeinen momenteel zoal zien dat ze wellicht vreemd is een paar observaties van de afgelopen twee dagen. In het parkje aan de voet van de kerk in Ostia woont een groepje mannen, in de open lucht. Ze hebben er een semi-permanente ontmoetingsplek waar ze hun maal koken, maar verder leven ze op straat. Ze komen niet uit Italië. Naast mij, in de metro, leest een mevrouw een krant in Cyrillisch schrift. In de winkel van WIND waar ik probeer een SIM-card te kopen, maakt men reclame voor goedkoop bellen naar Roemenië. In het Roemeens. TIM, de Italiaanse KPN, heeft zelfs reclame in het Arabisch – op de reclameborden langs de lungomare in Lido di Ostia (of is dit een grap die ik niet begrijp?). Voor de Porta Laurentina, waarover ik gisteren schreef, voetbalden vier jochies met traditionele Islamitische hoofddeksels met een jonge man met baard en traditionele jurk. Toen ik wegliep kwam de Imam aanlopen.

Natuurlijk, het kan aan mij liggen. Misschien heb ik die dingen zeven jaar terug simpelweg over het hoofd gezien, en kom ik nu op andere plaatsen in de stad, al woonde ik toen net zo goed in de periferie. Misschien ben ik stiekem wel volledig door Wilders’ frame gevangen. Maar toch. Arabische reclameborden heb ik zeven jaar terug nergens gezien. Rome globaliseert en doet dat op een volstrekt eigen manier, vanwege een volstrekt eigen economie die je elders in Italië niet of minder vindt. En, vanuit mijn perspectief (maar ik kan het mis hebben) gaat het allemaal in een enorm snel tempo. Voor Romeinen, met name in de periferie van de stad, is dat een stevige verandering in hun alledaagse leefomgeving. Het is ook een verandering waar ze niet per se om gevraagd hebben, en die ze niet allemaal met al te veel tolerantie tegemoet treden. Daar kunt u van vinden wat u wil, vanuit uw Nederlandse leunstoel, maar bedenk dan wel: het is een verandering die wellicht deels verband houdt met de manier waarop u uw vakantiegeld besteedt.