Binnenland

Steeds minder politie op straat

03-02-2016 10:22

De politie richt zich te veel op boeven vangen en is te weinig bezig met de openbare orde op straat. Daardoor zijn gemeenten steeds meer genoodzaakt deze taak zelf in te vullen met een bonte verzameling van bijzondere opsporingsambtenaren, stadswachten en particuliere beveiligers.

Dat stelt de Stichting Maatschappij en Veiligheid (SMV), waarvan Pieter van Vollenhoven voorzitter is. De organisatie, die zich richt op het bevorderen van veiligheid in brede zin, pleit er daarom voor een deel van de politietaken van het ministerie van Veiligheid en Justitie terug te brengen naar het ministerie van Binnenlandse Zaken.

De huidige ontwikkelingen baren de SMV zorgen. “Het heeft er alle schijn van dat de enorme omvang het ministerie van Veiligheid en Justitie parten speelt.”

Doordat het monopolie uitsluitend daar ligt, bestaat het risico dat de opsporingstaak van de politie de voorkeur krijgt boven de taak van het handhaven van de openbare orde, aldus de stichting.

“Boeven vangen is natuurlijk belangrijk, maar een goede wijkagent hoort en ziet alles als die toegankelijk is. Daardoor kunnen grote zaken, ook als het gaat om terreur, worden voorkomen”, stelt de organisatie verder.

Ze vindt het logisch dat burgemeesters hun toevlucht nemen tot een eigen toezicht- en handhavingsapparaat, nu zij niet langer het beheer hebben over de politie.

Met de bonte verzameling van stadswachten en dergelijke is eigenlijk een nieuw soort gemeentepolitie ontstaan, is een van de conclusies.

De SMV pleit voor één systeem, waarbij beide ministeries – Veiligheid en Justitie én Binnenlandse Zaken – zorgen voor evenwicht tussen de beide politietaken.

Anp